[HOME] Onze wijk Wijkraad "Craneveer" sWoa Activiteiten Actie

Op wintersport

We zaten begin maart, zoals we dat al meer dan 15 jaar doen, in het dorpje Goldegg am See. Een dorpje aan een meertje in het Salzburgerland. Als we er in de winter zijn, is dat meertje bedekt met ijs en ligt het er vol sneeuw. Er is een heel actieve Vereniging voor Vreemdelingenverkeer. Rondom het meer ligt dan ook een fraaie loipe, die prima wordt onderhouden. Langlaufers maken daar dankbaar gebruik van. Het laat zich dus wel raden: als de zon schijnt is het er goed toeven. Nou, zo was dat begin maart weer het geval.

In de omgeving van Goldegg liggen op enkele kilometers afstand tal van zeer bekende wintersportplaatsen zoals Zell am See, Gastein, Flachau en Sankt Johann im Pongau. De meeste skiërs trekken naar deze plaatsen met als gevolg, dat het in Goldegg am See heerlijk rustig is. We logeren in `ons' dorpje al jaren achtereen bij een boerenfamilie, waarvan man en vrouw vooral met rundvee in de weer zijn. In de gang van het huis hangt een aantal prachtige koebellen. Onder elke bel hangt een plaatje, waarop aangegeven is dat ons echtpaar Harlander een ereprijs heeft ontvangen voor zijn runderen. Want jaar na jaar lopen ze daarmee tentoonstellingen af.

In de ochtenduren ga ik meestal een uurtje of wat skiën. Tot voor kort vermaakte mijn vrouw zich met langlaufen. Als ik dan op de piste mijn oude skileraar tegen kom, dan is het altijd weer hetzelfde liedje: "Ach Du Jan!, ich habe ja immer gedacht, der Jan lernt es nie!"

Want ja: ik was indertijd de vijf kruisjes al aardig gepasseerd, toen ik mij tussen verder alleen maar jongelui voor mijn eerste skiles meldde. Iedereen die deze sport meester is, weet dat je dan na een aantal lessen met zijn allen per skilift naar boven gaat. En daarboven komt dan het grote moment dat je achter je skileraar aan, weer naar beneden moet.

Ter plekke liet ik me ogenblikkelijk vallen. Hoogtevrees kende ik weliswaar niet, maar ik vond het opeens zo angstaanjagend! De jongelui om me heen lieten zich niet onbetuigd: "Hup opa!", klonk het, terwijl ik toen nog geen opa was. Maar kunt u zich ook het gejuich voorstellen, toen ik even later op die lange latten bleef staan en glorieus naar beneden gleed?!

Aan het eind van de cursus, zo na een dag of vijf, moet je dan examen afleggen en krijg je je diploma. Naar leeftijd word je dan in groepen ingedeeld. En vanzelfsprekend zat ik als enige in de groep van boven de 50 jaar.

Maar op mijn diploma stond evengoed keurig mijn naam en daarbij de vermelding dat ik als nummer één in mijn groep het examen had afgesloten.

Teruggekeerd op de boerderij, toonde ik mijn diploma vol trots aan de gastheer-boer. Deze stond mooi met zijn ogen te knipperen. Want hij had uiteraard rond de piste de verhalen over mijn rampzalige skilessen ten gehore gekregen. Die middag moest ik nog even met mijn vrouw naar het dorp. De boer verzocht me het diploma thuis te laten. Bij onze terugkeer stond hij met zijn vrouw op te wachten met het inmiddels fraai ingelijste diploma in de hand. Hij stak het me toe, maar met een lachend gezicht riep hij wel: "Du Gauner, du warst in deiner Gruppe der Einige. Deshalb warst du die Nummer Eins." We hebben daar met zijn allen hartelijk om staan lachen.

Het verhaal ging vanzelfsprekend het hele dorp rond. En nu nog steeds, als ik met dorpelingen aan de praat kom, wordt de geschiedenis weer opgerakeld. Haha: nummer één van de skiklas. Maar wel mooi in zijn eentje. Toch leuk dat `mijn' boer daar zo prachtig ingestonken was.

De buschauffeur.