[HOME] Onze wijk Wijkraad "Craneveer" sWoa Activiteiten Actie

Hazelworm

Tijdens één van mijn wandelingen met de hond, stuitte ik op een dier waarvan ik in eerste instantie dacht dat het een slang was. Op dat moment was ik aan de groene wal op de Cattepoelseweg ter hoogte van de jeugdherberg. Het dier was bruin en lag keurig gekronkeld in het gras, zichtbaar te genieten van de voorjaarszon. Nadat ik even mijn kinderen thuis had gehaald om ook het dier te bewonderen, besloot mijn jongste zoon het dier even aan te raken met een stokje, hij lag zo stil, hij leek wel dood, waarop de hazelworm in "no time" zichzelf verstopte in de bladeren en het gras. Thuis ben ik nog even op internet gaan neuzen wat ik nou werkelijk gezien had, daarbij stuitte ik op onderstaand verhaal. Tevens ontdekte ik dat dit dier voorkomt op de rode lijst van beschermde soorten van het min. Van landbouw, natuurbeheer en visserij. Een zeldzame verschijning dus.

Deze hagedis is een reptiel dat je het best kan omschrijven als een pootloze hagedis. Net als de hagedis is de hazelworm levendbarend. De ontwikkeling van de eitjes gebeurt volledig in het moederlichaam. De jongen breken onmiddellijk nadat het eitje gelegd is uit. Pas als de hazelworm zo'n 25 cm. lang is, wordt ie geslachtsrijp. Mannetjes zijn dan 3 jaar, vrouwtjes al 4 of 5 jaar oud. Ze kunnen een maximale lengte van 50 cm. halen. In gevangenschap heeft men hazelwormen gemeld van 20 tot 28 jaar oud. Het record staat op 54 jaar.

Uiterlijk lijkt de hazelworm op een slang, maar er zijn kenmerken waaraan je kunt zien dat het geen slang is. Zo is er aan zijn bek geen uitsparing voor de tong naar buiten te steken. Hij moet dus altijd zijn bek openen om te 'proeven'. De oogleden kunnen gesloten worden, wat een slang niet kan.

Net als ander reptielen is een hazelworm een landdier. Hij ademt door longen en hij beschermt zich tegen uitdrogen door een huid met hoornschubben. De glanzende hoornschubben bedekken zijn hele lichaam. Zijn kleur wisselt sterk en op sommige plaatsen zijn zelfs blauwe exemplaren aangetroffen. Onder de hoornschubben, die dicht op elkaar liggen liggen beenplaten, die de hagedissen een bepaalde starheid geeft en de hazelworm onderscheidt van de veel soepeler bewegende slangen. Als hij bij zijn staart wordt vastgepakt laat hij deze los, net zoals een gewone hagedis. Bij de hazelworm groeit echter nog maar een klein stompje terug aan. Staartautotomie kan de hazelworm pas op 2- of 3-jarige leeftijd.

Op het menu staan naaktslakken, wormen, spinnen, sprinkhanen en insekten. Ook kannibalisme komt voor, evenals jacht op levendbarende hagedissen. Traag bewegende proodieren worden soms van zeer dichtbij, zelfs bijna met de snuit erop gevolgd, alvorens toegebeten wordt. De tanden staan naar achteren gericht, zodat slijmerige prooien in de juiste richting gewerkt kunnen worden.

De soort leidt een verborgen bestaan. In plaats van openlijk zonnen, verkiezen de dieren meestal een warm plekje onder door de zon beschenen materiaal zoals strooisel en bladeren. Op de rode lijst van amfibieën en reptielen in Vlaanderen werd de hazelworm als zeldzaam gerangschikt. Maar door zijn verborgen leefwijze is het mogelijk dat de hazelworm algemener voorkomt. In elk geval zijn er waarnemingen uit heel België. In Nederland in de verspreiding beperkt tot het oosten, midden en zuiden van het land. De zwaartepunten in de verspreiding liggen in Zuid-Limburg en op de Veluwe. De Hazelworm heeft een voorkeur voor enigszins vochtige, met dichte vegetatie bedekte gebieden, zoals halfopen bossen, bosranden, houtwallen, heidevelden en wegbermen. Omdat ze koudbloedig zijn, komen ze niet in hele koude streken voor. In ons land houden ze een winterslaap, onder de grond op een diepte van 15 tot 70 cm. Vaak in grotere groepen van 20 of 30 exemplaren. De grotere hazelwormen liggen het diepst. De ingang wordt zorgvuldig dichtgestopt met mos, gras en aarde.

André van Dijk